Voor de Nederlands-Indische gemeenschap

IN HET NIEUWE NUMMER: DE KRACHT VAN EEN TATTOO

“Mijn Indische opa was 6 toen de oorlog uitbrak en hij in een Jappenkamp kwam, samen met zijn zus en zijn moeder. Het is een verhaal waar ik mee ben opgegroeid, een verhaal dat geregeld tijdens verjaardagen ter sprake kwam. Vaak omdat ik er zelf over begon omdat het me zo interesseerde. Samen met hem maakte ik als tiener een PowerPoint, die hij gebruikte voor zijn gastlessen op scholen. Daarin vertelt hij over zijn oorlogservaringen. Mijn opa kan er vrij nuchter over vertellen waardoor het eigenlijk niet zo schokkend leek wat hij had meegemaakt, maar dat was het natuurlijk wel.

Geschiedenis heeft me altijd enorm geïnteresseerd, met name de Tweede Wereldoorlog. Op school werd je doodgegooid met het oorlogsverhaal van de Duitsers. Dus toen ik de film De Oost zag, begreep ik veel meer van het verhaal van Indië en besefte ik dat het eigenlijk een veel heftiger verhaal was dan ik me gerealiseerd had. En ook veel heftiger dan hoe mijn opa het altijd vertelt. Misschien om mij te beschermen, maar hij is ook een heel nuchter iemand, een no nonsense type. Dus zo vertelt hij ook zijn geschiedenis. Als kind hing ik aan zijn lippen. Ik vond het zo bijzonder, dat verhaal van dat jongetje dat in een totaal andere wereld opgroeide dan ik. Het leek haast wel een sprookje.”