‘Ik wilde weten wie ik nu echt ben en wat ik mijn zoon zou meegeven’
Toen Kirsten van der Poel moeder werd, was dat voor haar een life changing moment. Ze ging anders naar zichzelf kijken: waarom was ze zo bescheiden, kon ze niet voor zichzelf opkomen, wilde ze altijd maar pleasen? Ze ontdekte dat ook derdegeneratielotgenoten hier op hun werk tegenaan liepen. Nu gaat ze workshops geven over de invloed van je Indische roots op je carrière.
Wanneer begon je je in je roots te verdiepen?
“Toen ik zelf moeder werd. Het veranderde hoe ik naar mijzelf keek, maar ook naar de wereld om me heen. Ik wilde weten wie ik nu echt ben en wat ik mijn zoon zou gaan meegeven. Want ik wilde niet dat hij hetzelfde gevoel zou hebben dat ik bij mijn ouders heb. Een gevoel van: had me dan meer verteld. Eigenlijk begon het al iets eerder. Collega’s maakten sneller promotie dan ik. Dan kreeg ik van mijn leidinggevende op het werk het advies: benut die borrels en stap af op iemand die je verder kan helpen. Maar dan dacht ik: ik ga toch niet zo’n man lastigvallen, alsof hij daarop zit wachten. Of er werd gezegd: ‘Laat je zien! We zien wel dat het in je zit, maar het komt er nog niet uit’. Wat ik wel altijd te horen kreeg, was dat ik zo lekker in de groep paste, dat mensen graag met me wilden samenwerken en dat ik zo’n harde werker was. Als er iets georganiseerd moest worden, een borrel of zo, dan nam ik dat op me. Als er iemand jarig was op het werk, dan organiseerde ik iets voor die persoon. Ik was niet haantje de voorste, maar zorgde wel voor verbinding, bracht mensen bij elkaar. Nu besef ik: dat pleasende is zo typisch Indisch. Jezelf wegcijferen ten koste van jezelf. Op een gegeven moment wilde ik mijn carrière een andere draai geven. Ik heb een financieel/economische achtergrond, maar was niet meer gelukkig op die werkplek. Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik nooit mezelf heb kunnen zijn. Je schamen voor jezelf, maar ondertussen voor de buitenwereld een masker opzetten alsof er niets aan de hand is. Dat was ik. Een ander terugkerend thema was het niet afmaken van dingen. Ik was bijna klaar met mijn studie en toen gaf ik er de brui aan. Ik hoefde alleen nog maar een scriptie in te leveren. Nu weet ik dat dit komt omdat ik niet in mezelf geloofde. Dus dat gevoel van er niet toe doen,kan een enorme impact hebben.”